Vooruitlopend op de Europese dag tegen mensenhandel op 18 oktober, publiceert de Nationaal Rapporteur Mensenhandel en Seksueel Geweld tegen Kinderen vandaag de Jaarcijfers Mensenhandel 2024. Uit deze cijfers blijkt dat in 2024, 944 slachtoffers van mensenhandel zijn gemeld bij het Coördinatiecentrum Mensenhandel (CoMensha). Dat zijn er 76 meer dan in 2023. De toename van het aantal meldingen van deze slachtoffers, moet volgens de Nationaal Rapporteur vooral worden gezien als een stap in de goede richting.
Opvallend is dat het aantal meldingen over minderjarige slachtoffers van mensenhandel sterk is toegenomen waarbij het met name gaat om slachtoffers van criminele uitbuiting: “het werkelijke aantal jongeren dat aangezet wordt om criminele feiten te plegen, ligt vermoedelijk een stuk hoger. Het is daarom belangrijk om werk te maken van signalering van deze minderjarigen”, stelt de Nationaal Rapporteur.
Uitbuiting minderjarige vreemdelingen niet zichtbaar in cijfers
Bij minderjarige slachtoffers van criminele uitbuiting gaat het om jongeren die bijvoorbeeld hun pinpas ter beschikking stellen voor criminele doeleinden, jongeren die explosieven neerleggen, of drugs vervoeren of verkopen. De gesignaleerde minderjarige slachtoffers hebben veelal de Nederlandse nationaliteit. Wel hoort de Nationaal Rapporteur steeds vaker zorgen over criminele uitbuiting van alleenstaande minderjarige vreemdelingen in de opvang. Deze zorgen zijn afkomstig van organisaties zoals COA, NIDOS, gemeenten, hulpverleners en politie. Daarentegen vertalen deze zorgen zich dit jaar nog niet naar daadwerkelijke registraties.
Oekraïners vaker slachtoffer
Uit de jaarcijfers mensenhandel blijkt verder dat Oekraïners in 2024 vaker in beeld komen als slachtoffer. Zij zijn vooral slachtoffer van arbeidsuitbuiting. Wat hen kwetsbaar maakt, is dat zij op de vlucht zijn voor een langdurige oorlog en onzeker zijn over hun toekomst in Nederland. “Het is ernstig dat zij slachtoffer worden, maar positief dat zij bij de instanties in beeld zijn, zodat er interventies gedaan kunnen worden die gericht zijn op deze kwetsbaarheid”, aldus Conny Rijken.
Opnieuw stijging Latijns-Amerikaanse slachtoffers van seksuele uitbuiting
Ook blijkt dat Latijns-Amerikaanse slachtoffers opnieuw vaak seksueel zijn uitgebuit. Dit gebeurt onder andere in hotels en vakantiehuisjes. Dit kan deels worden verklaard doordat uitbuiters van deze groep vaak gebruik maken van een carrouselconstructie. Zo worden slachtoffers die zij seksueel uitbuiten elke paar dagen of weken naar een andere plek in Nederland of Europa verplaatst. Hun woon- en werkplek wordt dan via boekingssites geregeld, of ze verblijven op vakantieparken.
Aantal opsporingsonderzoeken naar seksuele uitbuiting blijft dalen
Het aantal opsporingsonderzoeken naar seksuele uitbuiting blijft in 2024 afnemen. Ook zijn er in 2024 minder verdachten in beeld. Vooral het aantal onderzoeken naar binnenlandse seksuele uitbuiting is gedaald. De afname van het aantal opsporingsonderzoeken resulteert nu ook al in minder ingeschreven zaken bij het Openbaar Ministerie. Dit is volgens de Nationaal Rapporteur een zorgelijke ontwikkeling. Positief is dat het percentage zaken dat door het OM wordt voorgelegd aan de rechter is gestegen.
Daarnaast is het aantal opsporingsonderzoeken naar internationale seksuele uitbuiting verminderd. “Dit is verontrustend, omdat het aantal slachtoffers van deze vorm van mensenhandel stijgt. Dit wijst erop dat de politie steeds minder opvolging geeft aan signalen van uitbuiting als de uitbuiting niet of deels in Nederland heeft plaatsgevonden”, stelt Conny Rijken. Door onderzoek te verrichten naar de achtergrond en context van dergelijke meldingen kan meer inzicht worden verkregen in internationale criminele netwerken. Inzicht dat vervolgens gezamenlijk met opsporingsinstanties in andere landen kan worden ingezet om plegers in beeld te krijgen en op te pakken.